CDD On Demand

shutterstock_246388288

Wwft voor accountants

Sinds de introductie van de Wet ter voorkoming witwassen en financiering terrorisme (Wwft) zijn accountants en belastingadviseurs direct betrokken bij de bestrijding van witwaspraktijken en de financiering van terrorisme.

Wet ter voorkoming Witwassen en Financiering Terrorisme (Wwft)

De Wwft is opgesteld ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme. De WWFT is sinds 1 Augustus 2008 van kracht in Nederland, en is voor het laatst op 10 januari 2020 aangepast naar de vijfde Europese anti-witwas richtlijn (AMLD5). Gezien het werkgebied van accountants zijn deze nauw betrokken in het Wwft, hoewel het niet altijd duidelijk is welke gevolgen dit met zich mee brengt

Wat betekent de Wwft voor accountants?

De belangrijkste elementen van de Wwft zijn het cliëntenonderzoek, de meldingsplicht en de bewaarplicht. Kortom betekent dit dat een accountant dient vast te stellen wie zijn client is, of de geleverde identificatie authentiek is, en of er bij transacties risico is op witwaspraktijken of financiering van terrorisme.

Dit onderzoek wordt in het algemeen het cliëntenonderzoek genoemd, en dit is een verplichte werkzaamheid ter behoeve van de algemene leidraad Wwft.

Cliëntenonderzoek en Customer Due Diligence (CDD)

De algemene leidraad van het Wwft erkent drie soorten cliëntenonderzoeken: standaard, vereenvoudigd en verscherpt. Het vereenvoudigd onderzoek is op toepassing voor een selecte groep clienten zoals overheidsinstanties, hier is geen verder onderzoek naar nodig.

In alle andere gevallen gaat men eerst uit van een standaard onderzoek, een verscherpt onderzoek wordt alleen vereist bij speciale gevallen of als het standaard onderzoek op een verhoogd risico wijst.

De eerste stap bij een standaard cliëntenonderzoek is het vaststellen en het verifiëren van de identiteit van de client en de tegenpartij in een transactie. Dit betekent dat de accountant moet nalopen of de gegeven documenten authentiek zijn, of deze kloppen met de betrokken partijen, en of er niet externe belanghebbende partijen bij de transactie betrokken zijn.

De verstrekte identificatiegegevens en documenten dienen vast te worden gelegd in een klantenbestand conform met de betrokken bewaarplicht van de Wwft. Na de invoer van de 4e richtlijn van de Europese unie is de accountant ook verplicht om te achterhalen wie de Ultimate Beneficial Owner (UBO) achter elke client is.

Naast het onderzoek naar de identiteit van clienten stelt de Wwft accountants ook verplicht om een onderzoek uit te voeren naar het risicoprofiel. Het risicoprofiel is een indicatie van het risico op witwaspraktijken of financiering van terrorisme wat cliënten met zich mee brengen. Het FIU (Financial Intelligence Unit) van de Rijksoverheid heeft een specifieke leidraad opgesteld betreffende het bepalen van risicoprofielen van cliënten voor accountants.

Volgens deze leidraad is er sprake van verhoogd risico bij bijvoorbeeld cliënten uit risicolanden, of cliënten die door hun vakgebied een hoger risico op witwaspraktijken met zich meenemen. Naast de aard van de clienten kan ook de transactie zelf verhoogd risico met zich meenemen, bijvoorbeeld bij transacties tussen “lege” vennootschappen of transacties met aandelen waarvan de waarde niet goed te bepalen is.

Meldplicht

Als het cliëntenonderzoek van de accountant uitwijst op een verhoogd of onacceptabel risico op witwaspraktijken is deze verplicht om hier een melding van te maken bij het FIU. De meldplicht is van kracht op transacties of situaties die als ongebruikelijk bestempeld kunnen worden. Na een melding

besluit het FIU dan of de ongebruikelijke situatie ook daadwerkelijk verdacht is, en handelt hier zelfstandig naar. Bij het doen van een melding is een accountant ook verplicht om zich aan een aangescherpte bewaarplicht te houden.

Bewaarplicht

De bewaarplicht verplicht een accountantspraktijk om alle gegevens betreffende het cliëntenonderzoek minstens vijf jaar te bewaren, en toegankelijk te maken voor eventueel verder onderzoek. Na het maken van een melding bij het FIU geldt deze plicht ook, met een verscherpte vereiste voor de opslag van gegevens. In dit geval moeten ook alle gegevens die nodig zijn om de transactie te reconstrueren, een afschrift van de melding, en een ontvangstbevestiging van het FIU worden bewaard.

Verscherpt cliëntenonderzoek

Naar aanleiding van het cliëntenonderzoek kan er reden zijn tot het voortzetten van een verscherpt onderzoek. Dit dient gedaan te worden als het initiële onderzoek wijst op hoger dan laag risico, maar ook in bijzondere gevallen. Voorbeelden hiervan zijn als betrokken partijen vallen onder de lijst met Politiek Prominente Personen (PEPs) of de interesse van financiële wachthouders hebben.